Zijn bankproducten transparant genoeg?

Sinds 2008 staat het transparanter maken van bankproducten hoog op de agenda van de politiek, de samenleving en de financiële sector. Er werden verschillende maatregelen uitgevaardigd om die transparantie te verbeteren. Ook de producten zelf werden tegen het licht gehouden, maar ondanks veel goede wil bleek het niet altijd even gemakkelijk om die te vereenvoudigen. De financiële markten zijn van zichzelf al erg complex, en financiële producten zijn daar per definitie in zekere mate de weerspiegeling van.
In het transparanter uitleggen van hoe financiële producten werken, zijn wel grote stappen vooruit gezet.

Doordat de jongste jaren het klantenbestand binnen de financiële instellingen duidelijk gesegmenteerd werd, is er een grotere tendens gekomen naar meer relatiebankieren. Financiële adviseurs hebben zich kunnen specialiseren in een specifiek klantenprofiel. Dat moet hen in staat stellen de producten en diensten die ze voorstellen, duidelijk en verstaanbaar uit te leggen op maat van de klant.

Spaarproducten

Op 13 juli 2012 werd een principeakkoord afgesloten tussen Johan Vande Lanotte, vice-eerste minister en minister van Economie, Consumenten en Noordzee, Steven Vanackere, vice-eerste minister en minister van Financiën, de toezichthouder FSMA en Febelfin. Het akkoord voorziet onder meer dat voor elke gereglementeerde spaarrekening een gestandaardiseerde informatiefiche moet worden opgesteld waarop alle essentiële informatie is terug te vinden. Op die manier kan de consument de spaarproducten van de verschillende financiële instellingen gemakkelijk met elkaar vergelijken.

Beleggingsinstrumenten

Niet enkel voor de spaarrekening moet een informatiefiche worden voorzien, ook beleggingsinstrumenten mogen enkel afgeleverd worden met een dergelijke fiche, het KIID (key investor information document). De fiche verstrekt informatie over de hoofdkenmerken van het beleggingsproduct maar ook over de risico’s en kosten die aan het product verbonden zijn. Elk KIID is onderworpen aan eenzelfde norm wat betreft structuur, inhoud en opmaak. Zo kunnen de consumenten verschillende beleggingsproducten vergelijken en uiteindelijk het product kiezen dat het best aan hun behoeften is aangepast.

Ook de MiFiD-regels beogen een betere bescherming van de belegger. MiFiD voorziet dat een financieel adviseur geen beleggingsproducten kan verkopen aan een klant als die niet stroken met diens beleggersprofiel. Elk jaar moet getest worden of de beleggingsproducten van een klant bij zijn profiel passen.

In het kader van de vereenvoudiging van producten werd grote vooruitgang geboekt via het moratorium op de commercialisering van bijzonder ingewikkelde financiële producten. De financiële sector heeft vrijwillig het moratorium onderschreven waarbij hij zich ertoe verbindt om geen gestructureerde producten te commercialiseren die door de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) als bijzonder ingewikkeld worden omschreven.

Kredietproducten

De Wet op het consumentenkrediet legt het gebruik op van het ‘JKP’ (het jaarlijks kostenpercentage dat aangeeft hoeveel een lening op jaarbasis kost). Hierdoor krijgt de consument de mogelijkheid om verschillende aanbiedingen gemakkelijk met elkaar te vergelijken en wordt hij niet geconfronteerd met ‘ondoorgrondelijke formules’.

De wetgeving voorziet ook dat reclame over kredieten (waarbij geen gewag wordt gemaakt van een intrestvoet) gepaard dient te gaan met de boodschap ‘Let op, geld lenen kost ook geld’.

Zowel voor ondernemingskrediet als krediet aan particulieren bestaat een gedragscode waarin transparantie als één van de waarden uitgeschreven staat.

In 2004 werd de Gedragscode tussen banken en ondernemingen[1] ondertekend in het kader van de kredietverlening. De transparantie bevorderen is een van de belangrijke opdrachten van het dialoogplatform Financiering van Ondernemingen, dat in het leven werd geroepen om het vertrouwen in de sector te herstellen. Het Platform doet dat onder meer via de website Financiering van Ondernemingen.

Op die site kunnen ondernemers informatie en tips vinden om hun kredietaanvraag alle kansen te geven. Ook kunnen zij op de site onder meer terecht voor info over overheidsinitiatieven m.b.t. financiering, voor info over ratings, enz.

Wanneer een kredietaanvraag geweigerd wordt, moeten de banken, conform de Gedragscode, de belangrijkste factoren toelichten die hun kredietbeslissing hebben beïnvloed. Het geven van een tweede kans is daarbij een cruciaal aandachtspunt: wanneer een krediet niet wordt toegekend, maar het voorgestelde project wel levensvatbaar is, bekijken de banken uit eigen beweging hoe het voorstel aangepast kan worden.

Op de site van de Beroepsvereniging van het Krediet (BVK), een deelvereniging van Febelfin, zijn sinds het begin 2000 de Gids van het Consumentenkrediet, de bijhorende budgettabel en de brochure over het woonkrediet ter beschikking.[2] Deze instrumenten bieden de particulier een volledige kijk op krediet en helpen hem een goede inschatting te maken van zijn afbetalingscapaciteit.




[1] De Gedragscode is te raadplegen op www.financieringvanondernemingen.be.

[2] De gidsen en brochures zijn terug te vinden op www.upc-bvk.be.